De-Billemontstraat 92/1, 2440 Geel - +32 (0)14 58 65 46 - info@dap-petcare.be -

Mijn hond

Ectoparasieten

Euthanasie

Geboorteregeling

Gewichtsevolutie

Heupdysplasie

Hoe oud is mijn hond?

Overgewicht

Raskenmerken

Suikerziekte

Vaccinaties

Worminfecties

Ectoparasieten

De Vlo

Onder de tegenwoordige woonomstandigheden, veelal in goed verwarmde huizen, kan uw woning het hele jaar door besmet zijn met vlooien. Tot zo ver het sprookje van het vlooienseizoen.

Vlooien veroorzaken niet alleen jeuk, doch kunnen ook diverse ziekten en andere parasieten (bvb. lintworm) overbrengen. In grote getallen kunnen zij, zeker bij een kleine gastheer, bloedarmoede veroorzaken. Tevens kan het gebeuren dat uw dier allergisch wordt aan het speeksel van de vlo. Dit wordt namelijk ingespoten door de vlo om bloedstolling te verhinderen bij een bloedmaaltijd. Als het eenmaal zo ver is, dan kan de aanwezigheid van één vlo overal op het lichaam ondraaglijke jeuk veroorzaken en dit voor lange tijd.

Deze jeukte met kaalheid door likken en bijten komt vooral voor op het bekken en achteraan op de rug. Toch is dit tegenwoordig niet meer nodig. Was men in het grijze verleden aangewezen op inpoeder-beurten met twijfelachtige werking, gevolgd door allerhande banden, poeders, spuitbussen, druppels, wassingen, tabletten en wat al niet meer: tegenwoordig zijn er gemakkelijke middelen met gegarandeerde werking, welke slechts eens in de maand worden aangebracht. Best het hele jaar door dus. Vraag uw dierenarts naar een goed produkt en meldt hem zeker over welke diersoort het gaat en met welk lichaamsgewicht. In bepaalde gevallen (na een vlooienplaag, of als de huisdieren met vakantie tijdelijk uit huis zijn) kan behandeling van de woonruimte met een speciale interieurspray een goed idee zijn. De vlooienlarven leven namelijk op de grond en in tapijten en bespringen pas de gastheer in een later stadium. Als er geen hond of kat aanwezig is, kan de thuiskomende eigenaar zelf besprongen worden (paniek telefoontjes: vlooienplaag).

Het meest recente product is een smakelijke tablet die uw huisdier gedurende 12 weken vrij maakt en beschermt tegen vlooien en andere ectoparasieten.

Zeg nooit "Mijn dier heeft geen vlooien". Dikwijls zie je ze niet. Kleine zwarte puntjes tussen de vacht (de uitwerpselen) verraden soms de aanwezigheid van een onzichtbare parasiet. En voor elke ontdekte vlo zijn er minstens 15 aanwezig.

 

 

De Teek

De tweede ectoparasiet welke bij onze huisdieren een hoofdrol speelt is de teek. Deze laat zich vallen op de passerende gastheer vanaf bomen of struiken, graaft zijn kop in de huid en zuigt zich vol bloed. Nadien laten ze zich vallen en zetten hun levenscyclus voort op planten. Meestal vindt men ze op het bovenste-voorste derde gedeelte van het lichaam. De vrouwtjesteken zijn daarbij wat groter dan de mannetjes.

Nog afgezien van de irritatie en zwelling welke op de bijtplek ontstaat, kan een teek de ziekte van Lyme (Borreliose) bij mens en dier veroorzaken, gepaard gaande met koorts en pijn. In (sub)tropische klimaten kunnen er nog andere (soms dodelijke) ziektes door een teek worden overgebracht. Indien u zelf tracht een teek te verwijderen, doe dit dan met een draaiende beweging; niet trekken, want anders kan de kop blijven zitten en deze zweert er pas veel later uit. Beter is preventie en uw dierenarts kan u adviseren over middelen welke uw dier zo veel mogelijk tegen teken kunnen behoeden. Zeker aan te bevelen bij wandelingen in bossen en  (sub-)tropische vakanties.

 

 

Andere Ecoparasieten

Naast de vlo en de teek behoren ook schurftmijten tot de ectoparasieten, maar hier ziet de eigenaar de veroorzaker niet. Wel is vaak jeuk en/of kaalheid aanwezig. Naast jonge-honden-schurft (of Demodex) en de klassieke schurft (ook voor de mens besmettelijk) zijn er bij diverse diersoorten ook oormijten. Vaak is een microscopisch onderzoek nodig om schurftmijten te bevestigen. Ook de huidschilfermijt kan bij diverse diersoorten een rol spelen (vnl. hond, kat, konijn). Deze graaft geen gangen in de huid, doch loopt tussen de haren, voedt zich met huidschilfers en kan daarbij schilfering (roos) veroorzaken. Tenslotte krijgen huisdieren soms te maken met luizen, met een voorkeursplek achter de oren.

Een aparte plaats nemen vliegen in. Deze leggen graag hun eitjes op vochtig, stinkend materiaal. Een bezoedeld konijnenachterste (maar ook het schaap) is wat dit betreft berucht, vooral bij warmer weer. De larven welke hier uit komen vreten zich een weg door de huid en doen zich, vaak met dodelijke afloop, tegoed aan het weefsel (miasis). Deze aandoening zien we ook meer en meer bij honden. Voornamelijk honden met iets langer of ruw haar en van een iets hogere leeftijd (zij zijn dikwijls minder in staat om zich over het hele lichaam proper te likken). Houdt vooral in het vliegenseizoen uw huisdieren schoon en droog!